Actal wijst kabinet op kosten en irritaties willekeur verandermomenten regelgevingen

Door: Lianne Bouman | redactie: WEKA Financieel | 26 maart 2014
Een belangrijk resultaat Uit de enquête die Actal in 2013 heeft gehouden in het kader van haar onderzoek ‘Merkbaar minder regeldruk’ blijkt dat ondernemers met veel regeldruk worden geconfronteerd doordat wetten, amvb’s, ministeriële regelingen en beleidsregels vaak veranderen. Dit leidt tot kosten en irritaties bij ondernemers.

Volgens het adviescollege toetsing regeldruk Actal heeft het kabinet momenteel weinig aandacht voor de gevolgen van wetswijzigingen. Het brengt deze gevolgen niet systematisch in beeld en het houdt zich niet goed aan zijn eigen regels wetgeving alleen op vaste verandermomenten in te laten gaan.

 

In haar advies aan minister Kamp van Economische Zaken beveelt Actal aan de eenmalige veranderkosten die voortkomen uit wijzigingen in wetgeving ook onder de netto reductiedoelstelling van € 2,5 miljard te plaatsen en om de systematiek van de vaste verandermomenten (VVM) consequent na te leven.

 

Te lange verdientijd

Als wetgeving verandert, moeten ondernemers kosten maken om kennis te nemen van de verandering en mogelijk ook om hun bedrijfsprocessen en -systemen aan te passen. Ministeries hebben bij het merendeel van de wetswijzigingen vooral oog voor de structurele (jaarlijkse) gevolgen van de wetswijzigingen en niet voor de eenmalige veranderkosten. Maar soms zijn deze veranderkosten zo hoog dat het jaren duurt voordat de structurele vermindering van de regeldruk die veranderkosten heeft gecompenseerd. Er is dan sprake van een te lange terugverdientijd, soms wel van vier jaar. ‘Bij deze wijzigingen is de kans namelijk groot dat de wetgeving wéér zal veranderen, voordat ondernemers de voordelen van de structurele vermindering echt hebben ervaren’, aldus Actal.

 

VVM

Actal constateert dat het kabinet binnen de VVM-systematiek twee verschillende invoeringstermijnen hanteert. Veranderingen met gevolgen voor bedrijven moeten minimaal twee maanden van tevoren bekend zijn. Terwijl dit bij veranderingen met gevolgen voor de overheid zelf minimaal drie maanden moet zijn. Bedrijven krijgen dus slechts twee maanden voorbereidingstijd, waar overheden drie maanden krijgen. Dit lijkt volgens Actal op meten met twee maten. ‘Het is niet passend om voor jezelf soepelere regels te gebruiken dan voor de rest van Nederland’, aldus Actal.

 

Advies Actal samengevat

Actal adviseert:

  • zodanige maatregelen te nemen dat ministeries de VVM systematiek stringent naleven;
  • beleidsregels onder de VVM-systematiek te laten vallen;
  • eenduidige invoeringstermijnen voor wijzigingen in regelgeving te hanteren en de minimale invoeringstermijn voor bedrijven ook op drie maanden te stellen;
  • de eenmalige kosten die volgen uit veranderingen in wet- en regelgeving, altijd en volledig in de toelichting bij wijzigingen in beeld te brengen en te betrekken in de afwegingen;
  • de terugverdientijd van alle wijzigingen in regelgeving te berekenen en in de toelichting op te nemen;
  • bij wetswijzigingen met een oorspronkelijke terugverdientijd van meer dan vier jaar zodanige compenserende maatregelen te nemen dat de eenmalige veranderkosten worden verminderd en de terugverdientijd tot minder dan vier jaar wordt gereduceerd.

 

Brief Actal aan minister Kamp van Economische Zaken